Belgische privacyactivisten hebben het beroep dat zij aanspanden tegen de opslag van vingerafdrukken op de elektronische identiteitskaart (eID) verloren. Het Grondwettelijk Hof ziet geen reden om het wetsartikel dat dit mogelijk maakt te vernietigen (pdf).

De zaak was mede aangespannen door privacyjurist Matthias Dobbelaere-Welvaert, die de campagne "Stop de Vingerafdruk" startte. Ook de Liga voor Mensenrechten stapte naar het Grondwettelijk Hof. Zij stellen dat de opslag van de vingerafdruk niet wettelijk, niet proportioneel en niet veilig is. Het Hof oordeelde echter dat de bestrijding van identiteitsfraude de inbreuk op de privacy rechtvaardigt.

Daarnaast stelt het Hof dat er geen "onevenredige gevolgen" zijn voor het recht op privacy, omdat de wet voldoende waarborgen voorziet. Zo wordt er geen permanent centraal register van vingerafdrukken ingevoerd en is er een beperkte lijst van autoriteiten die de gegevens mogen inzien. De tijdelijke centrale opslag van drie maanden vindt het Grondwettelijk Hof acceptabel. Tevens ziet het geen problemen dat veiligheidsdiensten de vingerafdrukken uitlezen.

Dobbelaere-Welvaert stelt dat de Belgische overheid nog altijd niet heeft aangetoond waarom de maatregel noodzakelijk is tegen identiteitsfraude. Ook hekelt hij het Hof omdat het geen prejudiciële vraag wil stellen aan het Europees Hof van Justitie. De privacyjurist gaat kijken of het haalbaar is om naar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens te stappen.

Alles bij de bron; Security