In de jacht op zwartspaarders lukte het de Belastingdienst om alle transactiegegevens te bemachtigen van Nederlanders die betaalden met een betaalkaart van een buitenlandse bank. De betalingsgegevens werden drie jaar lang opgeslagen en konden naderhand gekoppeld worden aan klantgegevens van webwinkels of postorderbedrijven die adressen en andere informatie bewaren van hun klanten.
Het gemak waarmee de fiscus bij al die gegevens kon, verontrust Bas Filippini van Privacy First. Hij heeft geen goed woord over voor de methode die de Belastingdienst hanteert om zwartspaarders op te sporen. „Moet iedereen dadelijk achterom kijken bij elke betaling die je doet?” Filippini vreest dat overheden in hun ijver om belastingontduikers en criminelen op te sporen „de hele maatschappij in een elektronische gevangenis zetten”.
Daarom ijvert zijn stichting onder meer voor de bescherming van het fundamentele recht op anoniem betalen. Een recht dat aan alle kanten in het geding is, zo ziet Filippini met lede ogen aan. Neem de parkeermeters die in steeds meer gemeenten opduiken en die geen muntgeld meer accepteren. Filippini bereidt een proces voor tegen gemeenten die muntgeld weigeren. Maar zijn acties tegen de verdringing van cash uit het reguliere betalingsverkeer krijgen nog niet massaal bijval in Nederland. Van de potentiële gevaren, die Filippini schetst, liggen de meeste landgenoten niet wakker.
Steeds meer vooraanstaande economen pleiten voor een cashloze samenleving. En in Zweden denkt de politiek serieus na over een verbod op papiergeld.
Het is de criminalisering van cashgeld die Filippini dwars zit. „Bij de Belastingdienst en de FIOD leeft het hardnekkige misverstand dat zij criminaliteit voor 100 procent moeten oplossen. Maar dat betekent 100 procent controle en dan leef je niet meer in een rechtsstaat.” Bovendien zijn data te manipuleren en kunnen er fouten sluipen in de databases. „Wie zet de vinkjes achter je naam? Zo creëren we een bureaucratisch monster.”
Alles bij de bron; PrivacyFirst