De bel gaat. Voor de deur staat de vriendelijke mevrouw van de lokale boekhandel die altijd met precies de juiste tips komt. Dit keer kijkt ze minder vrolijk en behulpzaam. Ze wil een kijkje nemen in je goedgevulde boekenkast. Het is geen vraag, maar een mededeling. Ze wacht je antwoord niet af en beent de huiskamer in, recht op haar doel af.

Razendsnel schieten haar ogen over de planken: Nabokov, Nescio… Orwell! Daar is het boek dat ze zoekt: 1984, de toekomstroman over een overheid die elk aspect van het menselijk leven bewaakt en controleert. Zonder aarzelen pakt ze het stukgelezen exemplaar uit de kast en steekt het in haar grote tas. Je kunt nog net zien dat deze tas al uitpuilt met andere exemplaren van 1984 en van die andere dystopie van George Orwell, Animal Farm. Fictie, uiteraard. Toch loert de waarheid om de hoek. 

Tesla geeft je auto een update waarvoor deze minder ver kan. Sonos wil je oude speaker onklaar maken, Amazon verwijdert een gekocht e-boek en Apple maakt je smartphone trager. Technisch is dat allemaal een fluitje van een cent, want of het nou om telefoons, auto’s, speakers, e-books of beveiligingscamera’s gaat: ze functioneren niet zonder de bijbehorende software en steeds vaker zit er een goedkoop chipje in waarmee ze aan het internet zijn gekoppeld.

Maar van wie is het apparaat dan eigenlijk? En wie heeft de zeggenschap over wat er op en met dat apparaat gebeurt? Van wie is een slim apparaat eigenlijk na aankoop?

Alles bij de bron; Volkskrant [lang-artikel]