Avast moet een bedrag van 16,5 miljoen dollar betalen wegens het op oneerlijke wijze verzamelen en verkopen van gebruikersgegevens, zo heeft de Amerikaanse toezichthouder FTC bepaald. Het ging om browsegegevens van gebruikers die de browser-extensie of antivirussoftware van de virusbestrijder hadden geïnstalleerd.

Volgens de FTC werden via de programma's browsegegevens van gebruikers op oneerlijke wijze verzameld, oneindig lang bewaard en zonder duidelijke kennisgeving en toestemming van gebruikers doorverkocht. Tevens stelt de toezichthouder dat Avast gebruikers heeft misleid door te claimen dat de software de privacy van gebruikers zou beschermen door third-party tracking te blokkeren, maar werd er niet gemeld dat hun browsegegevens werden verkocht. De FTC laat weten dat gegevens van gebruikers verkocht zijn aan meer dan honderd derde partijen.

Al in 2019 werd bekend dat Avast miljoenen aan het browsegedrag van gebruikers verdiende. Deze gegevens werden verhandeld via databedrijf Jumpshot, waar Avast een meerheidsbelang in had. De FTC laat weten dat Avast zeker tenminste sinds 2014 gegevens van gebruikers via de extensies en antivirussoftware verzamelde.

Verder besloot Avast het her-identificeren van gebruikers aan de hand van verkochte data niet te verbieden. En zelfs bij de contracten waar een dergelijk verbod wel was opgenomen, was dit dusdanig verwoord dat derde partijen niet-persoonlijke identificeerbare informatie aan het browsegedrag van Avast-gebruikers konden koppelen. Sommige van de producten die Jumpshot aanbood waren zo ontworpen dat klanten bepaalde gebruikers konden tracken of zelfs bepaalde gebruikers en hun browsegeschiedenis aan andere informatie konden koppelen die deze klanten al over de gebruikers in bezit hadden.

Alles bij de bron; Security