Een wetsvoorstel moet de armslag van AIVD en MIVD vergroten, onder meer door bepaalde inlichtingenoperaties te kunnen inzetten zonder toestemming van de toezichthouder vooraf. Een meerderheid is voorzichtig instemmend, maar er zijn ook zorgen.
De meeste partijen waren het er maandag over eens dat de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (WIV) die in 2018 inging, op onderdelen alweer achterhaald is. Ze biedt volgens een meerderheid te weinig bescherming tegen professioneel uitgevoerde hack-aanvallen op bijvoorbeeld kritische infrastructuur in Nederland, energievoorziening en bedrijven.
Er waren veel kritische vragen van de Kamerleden Julian Bushoff (GroenLinks-PvdA), Alexander Hammelburg (D66), en Marieke Koekkoek (Volt). Die gingen over het delen van gegevens met buitenlandse diensten en het gemakkelijker kunnen verlengen van bewaartermijnen.
SP en Forum voor Democratie toonden zich zeer kritisch over de nieuwe wet. Zij vrezen dat de diensten via een omweg alsnog ongericht de gegevens van miljoenen burgers kunnen binnenhalen. Dat ‘ongericht naar binnen slepen’ van die gegevens werd wettelijk juist expliciet verboden na een referendum over de wet in 2018.
Privacy-organisatie Bits of Freedom en journalistenvakbond NVJ uitten eerder al dezelfde vrees. Zij publiceerden begin oktober een verklaring: „Voor ongericht massasurveillance is geen plaats in een democratische rechtsstaat”, schreven ze. Tevens vreesde de NVJ dat de bestaande wettelijke waarborgen tegen het aftappen van elektronisch verkeer van journalisten in het nieuwe wettelijk regime zwakker worden.
De zogeheten kabelinterceptie – het afvangen van een grote stroom digitale gegevens via de kabel – wordt tot nu toe door het toezicht vooraf weinig gebruikt door de diensten, aldus minister de Jonge. „Ongelooflijk jammer, gezien de belangrijke internetknooppunt functie die Nederland heeft. We hebben de diensten teveel aan de ketting gelegd.”
Alles bij de bron; NRC [Thnx-2-Niek]