In zijn streven fraude in de zorg aan te pakken, maakt minister De Jonge geld tot het leidende criterium. De Jonge wil dat niet alleen instanties als de Belastingdienst, zorgverzekeraars en gemeenten gegevens uitwisselen waardoor de fraude aan het licht kan komen, maar ook artsen. Daarmee breekt de wet het medisch beroepsgeheim open en daarvoor is dat beroepsgeheim veel te waardevol.

Nu was het beroepsgeheim van artsen niet absoluut. In bepaalde gevallen mag of moet een arts vertrouwelijke gegevens van een patiënt doorgeven. Daarvoor geldt het principe dat het moet gaan om ernstige dreiging, waardoor risico op zwaar letsel of de dood voorkomen kan worden...  Nu is de zorgfraude volgens de minister ernstig genoeg om het medisch beroepsgeheim ook hiervoor te laten vallen. Het weglekken van die 19 miljoen euro, een fractie van de totale zorgkosten van 95 miljard.

Het beroepsgeheim van artsen is een groot goed en heel waardevol. Te waardevol om te worden opengebroken om louter financiële redenen. Alleen groot menselijk leed, zoals huiselijk geweld of kindermisbruik, is zwaar genoeg om het beroepsgeheim te laten vallen. Daarnaast geldt ook een praktisch bezwaar, aangevoerd door de artsenfederatie KNMG.

Om zorgfraude tegen te gaan heeft de KNMG zelf nl anderhalf jaar geleden een soort tussenpersoon ingevoerd. Deze onafhankelijk deskundig arts kan in geval van zorgfraude gegevens uit een medisch dossier doorgeven aan Justitie. .....Van die mogelijkheid is nog niet eenmaal gebruikgemaakt, zegt de KNMG. 

Alles bij de bron; Trouw