Iedereen heeft het recht op vrijheid van meningsuiting. Daar waar belangen botsen, moet die belangen tegen elkaar worden afgewogen. De vraag is dan: welke belang moet zwaarder wegen?

De vrijheid om je eigen keuzes te maken is er ook voor Twitter. Ook toen Twitter besloot accounts af te sluiten van hen die iets “related to” schreven over het filmpje waarin de journalist James Foley wordt onthoofd, Google nam eenzelfde beslissing: het filmpje zelf is niet meer te vinden op YouTube.

Hoe schokkend het filmpje van de onthoofding ook is, het is de keiharde realiteit van onze wereld. Dit soort beelden zijn medebepalend voor onze toekomst. Denk maar aan het beeld van dat Vietnamese meisje dat op de vlucht is nadat er een napalmbom op haar dorp is gegooid, of het beeld van de Irakees die aan een lijntje wordt gehouden in de Abu Ghraib-gevangenis. Als die beelden niet op ons netvlies gebrand waren, hadden we een heel ander beeld gehad bij de oorlogen in Vietnam en Irak.

Dit soort beelden moeten gezien worden – in ieder geval door hen die dat willen. Elk van ons moet dat voor zichzelf bepalen. Die keuze wil je niet uit handen geven aan een commercieel bedrijf.

Twitter en Google zijn inmiddels zo groot dat de beslissing om geen aandacht te schenken aan een bepaald incident bepaalt of dat incident in beeld is of niet. De rellen in Ferguson, na het doodschieten van een zwarte jongeman, zijn illustratief: de rellen waren direct trending op Twitter, maar Facebook-gebruikers lazen er pas 24 uur later over. Voor hetzelfde geld waren de algoritmen helemaal nooit aangeslagen, hadden slechts weinigen van Michael Brown en de rellen gehoord en was er geen ophef ontstaan.

Alles bij de bron; BoF