In maart 2106 ging de eerste kamer akkoord met het wetsvoorstel van minister Van der Steur om gemeentelijk cameratoezicht flexibeler te maken. Binnenkort mogen gemeentes niet alleen met vaste camera's werken, maar ook met flexibele camera's. Bocycams, bikers met camera's en zelfs drones worden mogelijk - mits de noodzakelijkheid daarvan kan worden aangetoond en mits het cameratoezicht voor iedereen kenbaar is.

Michiel Geuzinge, beleidsmedewerker openbare orde en veiligheid bij de VNG: ‘In de oude wetgeving was het omslachtig om een camera te verplaatsen. Als de overlast zich verplaatste, was het niet mogelijk de camera mee te verplaatsen zonder opnieuw een uitgebreid traject te doorlopen. De nieuwe wetgeving maakt het eenvoudiger.’ De wetswijziging is een stap in de goede richting, vindt de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), maar niet voldoende. ‘De huidige wetgeving rondom cameratoezicht roept te veel vragen op’, aldus de VNG.

‘In de huidige wetgeving is cameratoezicht niet handig geregeld’, zegt Geuzinge. ‘Wie mag op een groot bedrijventerrein dat én aan een drukke straat ligt én waar veel woningen staan een camera ophangen? En welke regels gelden er voor het uitlezen van de beelden? Het is een grijs gebied waarin zowel gemeentes als ondernemers niet weten wie verantwoordelijk is. Individuele situaties moeten keer op keer opnieuw worden beoordeeld. Wij vinden dat een gemiste kans: als je cameratoezicht regelt, regel dít dan ook.’

Een ander punt van irritatie is dat er voor elk doel andere wetgeving bestaat. Zo kan het gebeuren dat er aan één paal drie camera’s hangen: één voor het volgen van de verkeersstromen, één voor het bewaken van de milieuzone en één voor de openbare orde. Je kunt ook afspraken maken over het uitlezen van dezelfde camerabeelden voor verschillende doelen, volgens Geuzinge.

Alles bij de bron; SlimBekeken