We hebben nu al te maken met het feit dat technologie ons in ons steeds vaker vertelt hoe we ons moeten gedragen. Het is de vraag in hoeverre je – om economische, ethische of andere redenen – wilt dat technologie je levensstijl stuurt.
De auto laat je met knipperende waarschuwingslichtjes en irritante piepjes weten dat de veiligheidsriem niet vast zit, het navigatiesysteem begint te piepen als je te hard rijdt en slimme elektriciteitsmeters proberen je ertoe aan te zetten energie te besparen door de verwarming lager te zetten.
Dit zijn slechts enkele voorbeelden van wat ‘persuasieve technologie’ (PT) wordt genoemd. PT is erop gericht om de houding, het gedrag of de opvattingen van de gebruiker te veranderen. Dit gebeurt door middel van feedback op wat de gebruiker doet (of niet doet) en door hem ‘advies’ te geven over het gewenste gedragspatroon.
Alles bij de bron; rathenau
Je kunt iemand echter eigenlijk pas echt goed adviseren wat hij moet doen, als je hem goed kent. Hoe meer je over iemand weet, des te beter je zijn gedrag kunt sturen. “Toegesneden op de persoon”, daar draait het allemaal om bij persuasieve technologie: Amazon weet waar je in geïnteresseerd bent, reclame op je browser is gebaseerd op je voorkeuren.
Binnenkort is het dankzij PT wellicht ook mogelijk om te weten wat voor soort gebruiker je bent: welke strategieën werken om je over te halen? Werkt het bij jou goed als er een ‘autoriteit’ in het spel is of ben je juist gevoelig voor peer-pressure (“Al je facebook-vrienden hebben dit al, waarom jij nog niet?”). Deze informatie over welke strategieën het beste werken om iemand over te halen, kunnen in principe samen met andere informatie worden opgeslagen en gedeeld in een persuasief profiel, zodat de technologie iemands gedrag zo goed mogelijk kan beïnvloeden.
Alles bij de bron; rathenau