Onder andere VNO-NCW en creditcarduitgever ICS zijn voorstander van een nationale zwarte lijst met fraudeurs. Deze maakt het dan mogelijk om via de Fraude Info Desk na te gaan of iemand wel eens op fraude is betrapt. Aleid  Wolfsen van de Autoriteit Persoonsgegevens is echter niet enthousiast.

Binnen sectoren is het al mogelijk om elkaar te waarschuwen voor fraudeurs, maar als iemand een keer door een bank is betrapt, mag dat niet worden doorgegeven aan andere sectoren. De Stichting Aanpak Financieel Economische Criminaliteit in Nederland (Safecin), waaronder de Fraudehelpdesk valt, vindt dit onaanvaardbaar.

Er wordt al enige tijd overleg gevoerd met de Autoriteit Persoonsgegevens, maar die is van mening dat het plan van een landelijke zwarte lijst niet voldoet aan de wetgeving en de eisen waaraan een dergelijk protocol moet voldoen.  De Autoriteit Persoonsgegevens erkent het probleem en staat daarom toe dat bedrijven binnen bepaalde sectoren elkaar waarschuwen, zodat zij bijvoorbeeld niet een boekhouder aannemen die elders wegens fraude ontslagen is. 

In Groot-Brittannië is er wel een nationaal frauderegister en er is geen Europese wet die een dergelijk initiatief verbiedt. Nederland is hierin een uitzondering. Wat echter blijkt is dat vermelding op zo'n lijst zeer verstrekkende gevolgen heeft. Die mensen komen nauwelijks nog aan een baan en kunnen geen leningen meer afsluiten.

Tegenstanders vinden sowieso dat een rechter moet bepalen of iemand op de lijst wordt gezet en niet de deelnemende bedrijven.

Alles bij de bron; BeveilNieuws