Parnassia Groep, de grootste ggz-aanbieder van Nederland, hervat het delen van gevoelige behandelgegevens met een omstreden databank. Dat doet de instelling zonder daarvoor expliciet toestemming van patiënten te vragen.

Het is de zoveelste aflevering in wat de Rom-soap is gaan heten: de discussie over privacyschending met Research Outcome Monitoring (Rom) in de geestelijke gezond­heidszorg. Dat zijn gegevens uit vragenlijsten die patiënten invullen tijdens­­ hun behandeling met informatie over hoe suïcidaal, depressief en angstig ze zijn. Namen, postcodes en bsn-nummer zijn wel afgeschermd.

Met deze gegevens meet Stichting Benchmark GGZ (SBG), een databank­­ die betaald wordt door zorgverzekeraars, de kwaliteit van behandelingen. Vorig jaar stopten 175 instellingen met het delen van deze data nadat toenmalig minister Edith Schippers van volksgezondheid liet weten dat hier, ook al zijn de gegevens amper herleidbaar, geen wettelijke grond voor was. Volgens Parnassia Groep hebben patiënten baat bij de Rom. “Wie wil nou niet de beste behandeling?”, zegt de woordvoerder.

Hoogleraar psychiatrie Jim van Os, bedenker van de Rom maar tegenstander van het gebruik buiten de behandelkamer: “Als het delen van de gegevens niet zo erg is, waarom vraagt Parnassia niet aan patiënten wat die ervan vinden? Nu beslist de instelling achter hun rug om wat er met hun gegevens gebeurt.” Het kwaliteitsargument vindt hij zwak. Volgens Van Os is de reden dat Parnassia dat weer begint met gegevens delen “De hoop is dat de zaak bij de Autoriteit Persoonsgegevens met een sisser afloopt en dat zorgverzekeraars de gegevens weer mogen gebruiken. Terwijl het hele systeem zo lek is als een mandje.” 

Alles bij de bron; Trouw