Vaak hebben terloopse berichten in de media een veel grotere invloed op ons dagelijks leven dan we geneigd zijn te denken. Zo heeft minister Ivo Opstelten (Veiligheid en Justitie) een wetsvoorstel ingediend bij de Kamer waarin staat dat de politie vier weken lang de kentekengegevens van automobilisten die zijn verkregen bij een automatische nummerplaatcontrole mag bewaren.
Er is nogal wat kritiek op het voorstel. Zo betwijfelt de Raad van State of de inbreuk op de privacy te rechtvaardigen is. Bovendien gelooft de raad niet dat de pakkans omhoog gaat. Uit een onderzoek waarop Opstelten zich baseert, blijkt juist dat de meerwaarde van de nieuwe bevoegdheid voor de opsporing van strafbare feiten zeer beperkt is.
Maar feiten doen in ons land nauwelijks meer ter zake als het zogenaamd gaat om de bestrijding van misdaad. De manier van politiek bedrijven van Opstelten past onder de noemer van de ‘nieuwe daadkracht’, de overheid die als gedecideerde misdaadbestrijder de criminelen wel even goed gaat aanpakken. En daarbij is iedere burger principieel een verdachte. De platte retoriek die wordt gebruikt om maatregelen in te voeren die steeds meer een inbreuk vormen op de persoonlijke levenssfeer zijn rechtstreeks afkomstig uit het populisme.
Nederland staat wereldwijd bovenaan bij het verzamelen van gegevens van burgers: het afluisteren van telefoons en het lezen van e-mails en andere computercommunicatie. En dat alles onder het mom van veiligheid en misdaadbestrijding. Niemand vraagt zich af of dit effectief is. Sterker nog: als het om het oplossen van misdrijven gaat, scoort ons land zeer slecht. Blijkbaar leveren al die verzamelde gegevens niet veel op.
Bovendien zijn onze persoonlijke gegevens bij de politie in slechte handen. Gebrekkige kennis van informatica, slordigheid, domheid en kwade wil zijn aan de orde van de dag. Het zou een verademing zijn als de politiek voor de verandering eens luistert naar de Raad van State.
Alles bij de bron; FrieschDagblad