Verschillende landen, waaronder ook Nederland, hebben Google gevraagd om de verplichte locatie-instelling voor corona-apps aan te passen, maar vooralsnog zonder succes. De corona-apps van de betreffende landen maken gebruik van een door Apple en Google ontwikkeld contactonderzoekplatform. 

"Het is niet mogelijk de corona-app in een Android-toestel aan te zetten zónder activering van de locatie-instelling", zo liet de Begeleidingscommissie weten die de Nederlandse overheid ondersteunt bij de ontwikkeling van de corona-app. De begeleidingscommissie adviseerde minister De Jonge om zo snel mogelijk contact op te nemen met Google om de verplichte inschakeling van de locatie-permissie te stoppen.

Nederland is niet het enige land waar kritiek is op de verplichte locatie-instelling. Zo hebben Zwitserland en Letland aan Google gevraagd om de instelling aan te laten passen en heeft ook Denemarken hiernaar gekeken, meldt The New York Times. De verplichting kan namelijk het vertrouwen in de corona-app ondermijnen. Wanneer gebruikers de locatiepermissie aanzetten wordt ook locatiebepaling via gps, wifi, gsm-masten en mogelijk andere sensoren ingeschakeld.

"Dit alles is niet noodzakelijk voor de corona-app en wordt door veel mensen ervaren als een aantasting van hun privacy", zo waarschuwt de Begeleidingscommissie. 

Sommige security- en privacyexperts stellen dat de locatieverplichting de onbalans aantoont tussen overheden en Apple en Google, die de mobiele markt domineren. De landen die van het contactonderzoekplatform van de techbedrijven gebruikmaken laten aan The New York Times weten dat ze weinig kunnen doen aan de wereldwijde standaarden die de techbedrijven voor publieke gezondheidstechnologie bepalen. "We geven teveel controle aan twee grote bedrijven. Ze monopoliseren het", zegt Alexandra Dmitrienk, hoogleraar veilige softwaresystemen aan de Universiteit van Würzburg.

Alles bij de bron; Security