Sakir Khader is een Palestijns-Nederlandse fotograaf en filmregisseur.

Hij kampt sinds 2017 met intimidatie, urenlange ondervragingen, inreisverboden en zelfs opsluiting in een cel zodra hij internationale reizen maakt.
In Londen, Parijs, Dubai, Istanbul en Antalya werd hij uit de menigte gevist. Hij kreeg klappen, werd onder schot gehouden en meermaals het land uitgezet. Jarenlang tastte hij in het duister waarom juist híj er telkens werd uitgepikt.

Tot hij vorig jaar tot zijn verbijstering ontdekte dat zijn naam op de terrorismelijst prijkt van de Amerikaanse veiligheidsdienst FBI, tussen leden van IS, Al Qaida, Hamas, de Taliban, daders van de aanslagen op Charlie Hebdo en de Bataclan, en de Noorse extreemrechtse terrorist Anders Breivik.

In deze Terrorist Screening Database, ook wel terrorist watchlist genoemd, staan ongeveer twee miljoen mensen van over de hele wereld die volgens de FBI mogelijk te linken zijn aan terrorisme.

Ook tientallen andere Nederlanders staan op de terrorist watchlist. Onder hen zijn mensen van wie vaststaat dat ze nooit verdacht zijn geweest van terrorisme.

Mensen met keurige banen, vaak zonder strafblad. Mensen die lange tijd geen idee hadden hoe ze ooit op deze terrorismelijst waren beland. Ook zij worden bij grensovergangen ondervraagd, geweigerd en soms zelfs opgesloten – zonder toelichting. Veel van hen proberen al jaren duidelijkheid te krijgen, maar krijgen daarbij naar eigen zeggen bijzonder weinig hulp van de Nederlandse overheid, die in sommige gevallen zelfs de oorzaak blijkt van de signalering.

De Terrorist Screening Database (TSDB) ontstaat in 2003 na de schok van de aanslagen van 11 september 2001. Vanaf het begin drukken de Amerikanen hard op andere landen om namen aan te leveren.

Nederland besluit volop mee te werken. Vanaf 2013 deelt de Nederlandse politie haar lijsten met potentiële verdachten integraal met de FBI.

Een probleem daarbij is dat de Nederlandse politie de ondergrens voor signalering op haar lijsten erg laag legt, zegt Jelle van Buuren, universitair hoofddocent in Leiden en gespecialiseerd in terrorisme en veiligheidsdiensten. Zo registreert de politie niet alleen potentiële terroristen en uitreizigers, maar ook opvallende mensen daaromheen, zoals vrienden, kennissen en familieleden.

‘Met een flinterdunne verdenking kun je al in een CTER-bakje komen (de Contraterrorisme, Extremisme en Radicalisering-lijst, red.). De kans op fouten is heel groot.’

Alles bij de bron; Volkskrant [lang weekend artikel]