De Europese Unie werkt aan een betere bescherming van de privacy van haar burgers, een titanenwerk met enorm veel obstakels...

...De venijnige kleine lettertjes in een contract keerden zich enkele weken geleden tegen BNP Paribas Foris. Eind vorig jaar paste de bank haar algemene bankvoorwaarden aan, waardoor ze postadressen en andere klantengegevens ter beschikking mag stellen aan handelspartners, in de praktijk hoofdzakelijk kaartbedrijven. Eigenlijk gaat het om relatief ongevaarlijke praktijken.

De manier waarop klanten toestemming moesten geven, is evenwel niet zo onschuldig. Eigenlijk moet de bank via een apart formulier toestemming vragen als ze die informatie wil doorgeven, de toestemming mag niet gekoppeld zijn aan de algemene voorwaarden. Zo is het veel duidelijker voor klanten dat de bank hun gegevens met derden deelt en dat ze dat kunnen weigeren. “Er zullen meer gelijkaardige dossiers opduiken”, voorspelt Willem Debeuckelaere, de voorzitter van de Privacycommisie. Hij voert overigens een onderzoek naar de praktijken van Fortis. “Bedrijven zullen hier ook meer de regels met de voeten treden. Ze zien dat Google, Facebook en andere grote technologiebedrijven ook niet transparant zijn, dat zij de bakens almaar verder verzetten en daar ook mee wegkomen.”

De onmacht tegenover die multinationals is een van de voornaamst de voornaamste drijfveren van Europees Commissaris van Justitie Viviane Reding om samen met Europees Parlement een ambitieuze hervorming op te starten. Die moet de richtlijn van 1995 vervangen, die de basis vormt van de privacywetten in de lidstaten. Bedrijven die persoonsgegevens verwerken, moeten daarom aan nieuwe regels voldoen...

Bovendien hanteert Europa een ruime definitie van persoonsgegevens. Het gaat om alle informatie waardoor personen rechtstreeks of onrechtstreeks te identificeren zijn. Een postcode, geslacht en leeftijd is soms al voldoende om mensen te traceren in een databank met ogenschijnlijk anonieme gegevens.

Alles bij de bron; Knack