....Waar iedereen dus wél mee bezig bleek, was het in toom houden van moderne technologie. En dan niet alleen de vraag hoe je een burgemeester ervan weerhoudt overal camera’s op te hangen. Niet omdat de politie er niks mee zou doen („wij gaan altijd tot het gaatje”, sprak men blij). Maar omdat de overheid van iedere burger een surveillanceobject dreigt te maken. Dat voelt niet alleen niet goed, het kan averechts werken. De politie als bedreiging, in plaats van als waarborg van de vrijheid. Ooit zei een Amsterdamse commissaris nog dat privacy de ‘schuilplaats van het kwaad’ is. Maar hier werd opgemerkt dat de privésfeer ook de ‘broedplaats van het mens-zijn is’. Dat dien je te beschermen.
De trend in politiewerk is om steeds eerder, steeds dieper, steeds meer te achterhalen over wat de burger denkt, doet en waar hij is. Dat gaat verder dan privacy; het is een ontkenning van het onschuldbeginsel. Iedereen is verdacht tot het tegendeel blijkt. Camera’s signaleren nu al wie hard schreeuwt, langzaam loopt, veel om zich heen kijkt, verdacht veel stil staat. Straks worden ook de gezichten automatisch herkend. Eén van de aanwezigen was gevraagd een buurt te screenen waar de Koning op bezoek zou komen. Maar ja, op wat? Dat ging dus niet over de gebruikelijke ‘bekenden van de politie’ - de verwarden, chaoten, verslaafden en de lui met een redeloze boosheid. Nee: ‘de buurt screenen’ alsjeblieft. Tsja. „Als je weet dat bij incidenten vaker alleenstaanden zijn betrokken dan samenwoners, ga je dan alle alleen alleenwoners bekijken?” In het rechtspraktijk heet zoiets een visexpeditie – een onbepaalde zoekopdracht zonder goed omschreven doel.
Het veiligheidsdenken is inmiddels zo dwingend en stuwend, dat nee zeggen moeilijk wordt, ervaart het politiekader. Veiligheid dreigt net zoiets als efficiency te worden. Meer is altijd beter. Bij techniek hoort daadkracht. Het kan, dus we doen het. Reflectie is niet gewenst.
Alles bij de bron; NRC [DigiAbo]