2,3 miljoen keer bevroegen politie en justitie het Centraal Informatiepunt Onderzoek Telecommunicatie - de database met klantgegevens van internet- en telecombedrijven. En dat is exclusief de bevragingen van AIVD en MIVD. Politie en justitie wroeten graag en vaak in de klantgegevens. Altijd handig om te weten wie er achter een telefoonnummer of e-mailadres schuilgaat.

Probleem met deze bevragingen is dat ze al een tijdje onrechtmatig worden uitgevoerd. Wat is het probleem? Richtlijnen worden niet nageleefd en het digitale speurwerk in de privacygevoelige informatie (de database koppelt de e-mailadressen, ip-nummers en telefoonnummers aan de gegevens in het bevolkingsregister) gaat zonder enige vorm van verslaglegging.

De politiekorpsen doen maar wat en leggen daar op geen enkele manier verantwoording voor af. Namen en nummers worden bij elkaar gesprokkeld en niemand weet of het mag. Dat concludeert tenminste het Hoofd van de Inspectie Veiligheid en Justitie, de heer Bos. Kanttekening: waar de papierwinkel op orde is, blijkt niets aan de hand. Waar dat niet het geval is, is het een ratjetoe. En zoals gezegd: dat was al eerder het geval en dat blijkt eind vorig jaar nog steeds niet in orde te zijn:

Vastgesteld wordt dat deze constateringen medio 2012 nog niet hebben geleid tot een adequate landelijke aanpak door de politiekorpsen en het ministerie van VenJ.

Drie aanbevelingen doet de heer Bos, waarvan de belangrijkste – zo snel mogelijk duidelijke voorschriften die voor heel Nederland gelden – met de Nationale Politie toch eenvoudig te implementeren moeten zijn. Het korps dat nu nog in het wilde weg namen aan ip-adressen of e-mails wil koppelen, zal toch echt voor straf een tijdje geen toegang tot het CIOT moeten krijgen. Ook voor hen geldt dat ze zich gewoon aan de regels moeten houden.

Alles bij de bron; Sargasso